Humor, ongemak en maatschappijkritiek vormen de rode draad in de werken van Monika Dahlberg, Joyce Overheul en Sietske Zandbergen. Hoewel ze verschillende kunstvormen gebruiken—zoals textiel, sculptuur en collage—hebben deze drie kunstenaars een scherp oog voor het alledaagse en absurde. Ze putten uit herkenbare beelden uit de populaire cultuur en straatobjecten om complexe thema’s te verkennen, waarbij humor vaak als krachtig instrument dient.
De drie kunstenaars geven elk een bijzondere draai aan alledaagse objecten en bekende figuren. Monika Dahlberg put inspiratie uit kringloopvondsten en verwerkt deze in haar kunst. Joyce Overheul verzamelt gedoneerde knopen die ze verwerkt in grote, imposante wandtapijten. Sietske Zandbergen baseert haar werk op beelden uit het straatbeeld, zoals de iconische Jan Patat, die zij vervormt met een absurdistische twist.
Hun werk lijkt op het eerste gezicht speels en herkenbaar, maar al snel komt er een dieper maatschappijkritisch verhaal aan de oppervlakte. Monika Dahlberg verwerkt bijvoorbeeld Mickey Mouse-oren in haar kunst, een kritische verwijzing naar de “Disneyficatie” van onze consumptiemaatschappij. Tegelijkertijd roepen deze oren ook een traditionele Afrikaanse haarstijl op, waarmee ze wijst op hoe Afrikaanse kunst door de westerse cultuur opnieuw gekoloniseerd en vercommercialiseerd wordt.
Joyce Overheul staat bekend om haar ambachtelijke technieken zoals borduren, rijgen en knopen. Deze technieken worden traditioneel als ‘vrouwenhobby’s’ gezien. Overheul combineert ze met politiek beladen onderwerpen als seksisme, migratiebeleid, polarisatie en menselijk gedrag in het algemeen. Haar werk schuurt, het nodigt uit tot reflectie en discussie. Het schattige, kitscherige uiterlijk van de werken botst met de harde boodschap die ze uitdragen.
Sietske Zandbergen creëert vervreemdende sculpturen die de kijker uitnodigen om met een nieuwe blik naar de wereld om zich heen te kijken. Haar kleurrijke beelden lijken op het eerste gezicht onschuldig, maar bij langer kijken ontstaat een gevoel van ongemak en afstoting. Ze benadrukt de absurditeit van de hedendaagse beeldcultuur en zoekt tegelijkertijd ook schoonheid en humor in de kitscherige elementen hiervan.
Samen creëren ze gelaagde expositie die zowel luchtig als diepgaand is, humoristisch en ongemakkelijk tegelijk. Het is een expositie die de grenzen van het vertrouwde verkent en de toeschouwer uitnodigt om na te denken over de beelden die onze cultuur doordringen.